Thailand: Hands pitch a tent, but only hearts can make it a home

,

20-11-2022 – 28-12-2022

Na een korte vlucht vanuit het ijskoude Kazakhstan komen we in de ochtend aan in bloedheet Bangkok. We zijn opgelucht als we herenigd worden met onze fietsbouwpakketten. Zodra we de buitenlucht instappen, slaat de hitte in ons gezicht. Rechtsomkeer naar de aankomsthal van het vliegveld mét airco om de fietsen terug op te bouwen. Wat een hitte, het is 33 graden.

De eerste kilometers op een nieuw continent

Na een paar uur en een kledingwissel (hallo sandalen!), vertrekken we richting het centrum van Bangkok. De eerste rotonde neemt Audrey direct in de verkeerde richting en overal zien we bordjes ‘Verboden te fietsen’! Oh ja, we moeten links rijden! Oeps! Het is even wennen en vliegvelden zijn niet altijd fietsvriendelijk, maar het verkeer rijdt vanwege de drukte redelijk langzaam en ze lijken hier gewend aan trage voertuigen en tweewielers. Tip: vooral geen onverwachte bewegingen maken en het als normaal beschouwen dat er geen regels lijken te zijn, frustraties maken al snel plaats voor meebewegen met de geordende chaos.

Iets wat reizen op de fiets anders maakt is dat je vaak door verschillende buurten van grote steden rijdt en onderweg niet altijd mooie of prettige dingen ziet. De rand van grote steden bestaat vaak uit armere wijken of sloppenwijken en deze gaan vaak gebukt onder grote hoeveelheden afval en armoede. Het wordt geschat dat er zo’n 1 miljoen mensen in de sloppenwijken van Bangkok wonen. In totaal wonen er ongeveer 10 miljoen mensen in de stad.

Bangkok

‘s Avonds ontmoeten we Sean en Emma, onze hosts, waarmee we een drankje doen. Zij zijn onlangs teruggekeerd van een langeafstandwandeling in de VS. Ze wonen al vele jaren in Bangkok en houden van de stad.

De volgende dag gaan we zelf te voet op pad door Bangkok. We worden een beetje overrompeld door de drukte. We besluiten naar een aantal beroemde tempels te gaan, waaronder: Wat Pho en Wat Arun. Om daar te komen nemen we een aantal keer een bootje. Nog nooit zagen we dergelijke details in gebouwen en deze gigantische hoeveelheid Boeddhabeelden bij elkaar! Wat Pho is het grootste tempelcomplex in het land en is zo’n 80.000 m2 groot. Het bevat duizenden beelden. De meest indrukwekkende is de liggende Boeddha van 46m lang en 15m hoog, bizar!

Om de dag af te sluiten struinen we door het drukke Chinatown. Het is één van de grootste “Chinatowns” ter wereld. Wat hier allemaal verkocht en verhandeld wordt is ongelofelijk. Eten dat we nog nooit gezien hebben en een doolhof aan kleine steegjes volgestopt met spullen. Zelfs als je hier uren zou rondlopen heb je nog maar een klein deel gezien. Waar we ons het meest over verbazen is op de manier waarop iedereen zich door de kleine steegjes voortbeweegt en niemand zich lijkt te storen aan de ander.

En nu een bijzonder weetje! Bangkok wordt door de Thai zelf Krung-Thep genoemd, MAAR de officiële ceremoniële naam is de langste plaatsnaam ter wereld, namelijk:

Krung Thep Mahanakhon Amon Rattanakosin Mahinthara Ayuthaya Mahadilok Phop Noppharat Ratchathani Burirom Udomratchaniwet Mahasathan Amon Piman Awatan Sathit Sakkathattiya Witsanukam Prasit“, oftewel Bangkok of Krung-Thep.

In de avond krijgen we te maken met het zeer lokale weer in Bangkok. Het komt met bakken uit de hemel en het onweer is van andere grootte orde dan we gewend zijn. We rennen drijfnat door de straten naar de eerste de beste winkel om nog wat inkopen te doen en zodra we buiten komen is het alweer gestopt. Na een aantal dagen in Bangkok nemen we afscheid van Sean en Emma en mogen we bij hen een grote tas met winterkleding achterlaten. We plannen over een paar maanden weer richting Bangkok te fietsen.

Voor nu nemen we afscheid van het centrum van Bangkok en ondernemen we een poging om per fiets de miljoenenstad te verlaten. Vaak doemen er grote verkeersaders op met 6 of 8 rijbanen naast elkaar, die we niet kunnen oversteken vanwege een betonnen middenberm. Via verschillende loopbruggen gaat dat wel, maar het is flink zwoegen in de hitte. Eerst alle bagage van de fietsen af, die naar de overkant van de brug brengen. Dan de fietsen, één voor één en samen, de trappen optillen en aan de andere kant weer naar beneden. We fietsen die dag slechts 20 km, maar het voelt als 80. In Nonthaburi, een stad in de buitenwijk van Bangkok verblijven we die nacht bij Toom.

Toom heeft de afgelopen 10 jaar meer dan 2000 (!) mensen in zijn huis verwelkomd. Hij woont samen met zijn broer en het hele huis hangt vol met kaarten, foto’s en vlaggen van reizigers van over de hele wereld. Het huisje is simpel, volgestouwd en meerdere reizigers delen één van de 2 slaapkamers. Vannacht deelt Toom zelfs zijn bed met een reiziger en wij slapen op de keukenvloer. Bij het avondeten vragen we hem hoe dit allemaal is begonnen. Hij vertelt dat één van de eerste bezoekers een profiel voor hem aanmaakte op Couchsurfing (en later Warmshowers). ‘I just never stopped’. En als we tegen hem zeggen dat we de volgende dag weer verder fietsen, zegt hij: ‘so fast, you should stay a little longer‘. Wij kunnen het amper geloven, maar zijn glimlach vertelt genoeg:

In de avond is er opnieuw zwaar onweer en door de hoge luchtvochtigheid stinkt onze was de volgende ochtend naar natte hond 😉 We binden de was achterop de fietsen zodat het nog een beetje kan drogen. We weten nog niet waar we gaan slapen vandaag, maar merken dat we het drukke Bangkok nu echt achter ons hebben gelaten. Via landelijke weggetjes ontmoeten we de eerste Aziatische koeien (die oren!), wilde apen en varanen. Bij de eerste varanen schrikken we een beetje, gigantische krokodilachtige beesten die snel het water in glippen als je erlangs fietst. Ook zien we elke kilometer een toiletpot naast de weg, direct op het riool aangesloten, dus erg creatief. Daar hoeven we ons ook al geen zorgen meer over te maken, privacy is een ander verhaal.

Slapen bij een tempel

Tegen het eind van de middag rijden we langs een bijzondere tempel. Een gigantische liggende Boeddha, maar dan zonder de toeristenmassa van de liggende Boeddha in Bangkok. Ook zien we 3 fietsen en een tentje. We begroeten de fietsers en ze vragen of we ook hier in de tempel blijven slapen. We kijken elkaar twijfelend aan en besluiten ze te vergezellen. Even later komen er nog fietsers bij, en nog en nog… Het is een organisatie waarbij 30 Thaise fietsers voor een goed doel (Tiny Wheels) fietsen. Ook gehandicapte fietsers doen mee. We mogen een douche nemen in de wasruimte van de monniken en de fietsgroep overhandigt ons hun teamtruitje, water en eten. We slapen naast de gigantische Boeddha onder onze klamboe, maar het blijft een klamme korte nacht. Om 4.30u worden we gewekt door muziek. De fietsgroep is al druk bezig met inpakken, en na nog wat selfies en een donatie nemen we afscheid van hen. Wij doen het een beetje rustiger aan en nemen de kleinere weggetjes, zij fietsen over de snelweg. Om 5 voor 7 zitten we op de fiets, een record misschien wel.

Het valt ons op hoe divers de flora en fauna is en hoe onvoorstelbaar groen de rijstvelden kleuren. Palmbomen, rijstvelden, en af en toe een gigantische gouden Boeddha die ver boven het landschap uitsteekt. We leren dat we vaak samen met salamanders in kamers slapen, grote spinnen doen ook hun intrede en we horen vogelgeluiden die we nog nooit hebben gehoord. Overal zijn mensen aan het werk op de rijstvelden. Soms met zéér modernere technologie, soms met dieren die de kar spannen. We zien een aantal keer een grote luidruchtige drone over de rijstvelden vliegen om te sproeien, andere keren lopen mensen door het water met een klein gietertje.

Nationale parken

Hoe verder noordwaarts we fietsen, hoe meer bergen er in zicht komen. Het zou ook een beetje moeten afkoelen, maar daar merken we nog niet zoveel van. We horen dat je bij Nationale Parken in Thailand vaak gratis kunt kamperen, dus vandaag proberen we dat voor de eerste keer uit in het Khao Luang National Park. Er is een kampeerveldje, er zijn (koude) douches en er is zelfs een vriendelijke bewaker. Perfect! Het slapen is een ander verhaal, het koelt niet af en we drijven bijna de tent uit van het zweet nadat we elkaar de schuld hebben gegeven van de hitte. Zeker als we doorhebben dat er ook nog een kikker in de tent rondspringt. Zodra we buiten staan, worden we letterlijk opgegeten door de muggen. Dus, kamperen in Thailand, we gaan het ons zeker herinneren!

Eén van de Thaise fietsers die we bij de liggende Boeddha hebben ontmoet, heeft ons een dik groen boekje gegeven. Dit is blijkbaar een boekje om stempels te verzamelen van alle nationale parken van Thailand en dat zijn er nogal wat! In 2019 telde Thailand 156 nationale parken, 56 wildreservaten en 120 bosparken, die samen maar liefst 31 procent van het grondgebied beslaan. Eens zien hoeveel we er kunnen bezoeken op de fiets!

Het tweede park dat op onze route naar het noorden ligt is het Doi Soi Malai National Park, in de provincie Tak. In dit park werd in 2003 een versteende boom van 72,22m ontdekt (~ een gebouw van 20 verdiepingen!). De boom is minstens 120.000 jaar oud en staat sinds juli 2022 bekend als ‘s werelds langste versteende boom. Terwijl de boom bedolven lag werd het hout in duizenden jaren omgezet in steen, met zelfs de jaarringen nog steeds zichtbaar.

Het eten

Sinds we in Thailand zijn eten we allerlei dingen voor het eerst en vaak weten we ook niet goed wat we bestellen. We koken zelden zelf, want voor €3 eten we vaak al een lunch of avondeten voor 2 personen. In de kleinere dorpjes spreekt bijna niemand Engels en wijzen we regelmatig naar vage plaatjes op een poster die aan de muur hangt. Bijvoorbeeld: rijst met heilige basilicum en varkensvlees, Pad Thai, knapperige zwartgekleurde pannenkoek met engelenhaar, Shabu-shabu (een pan met bouillon op tafel en dan mag je zelf alles erin koken), en de meest spicy noedels ever. Vaak worden we nog gevraagd om op de foto te gaan met de restauranteigenaren. Als tussendoortje eten we veel bananen, die groeien overal en zijn heel gemakkelijk te verkrijgen. Een tros van 10-15 bananen kost ongeveer €0,50. Eén bananenverkoopster laat het er niet bij zitten. Zodra we de tros betaald hebben, doet ze er nog een kilo bovenop, gewoon zomaar…

Landgenoten in Thailand

Begin december komen we aan bij Mieke en François. Een Nederlands koppel dat al enkele jaren in Thailand woont en er hun eigen prachtige woning en tuin hebben vormgegeven en gebouwd. Hun eigen slaapkamer is gebouwd van rijststro en ze leven zo duurzaam mogelijk. We mogen in hun knusse houten huisje in de tuin verblijven en worden elke ochtend wakker met een prachtige zonsopgang over de rijstvelden. Het is fijn om nog eens Nederlands te spreken (Mieke spreekt zelfs Limburgs dialect!) en meer over het leven in Thailand te horen. Zo zullen we het verhaal van de slang onder hun bed zeker niet snel vergeten. Naast af en toe een slang, hebben ze een aantal hondjes, een paard en veel bijzondere vogels in de tuin rondvliegen. En zelf worden we een keer het slachtoffer van een gigantische bij (10x het Nederlandse formaat), die vlak voordat we gaan slapen de kamer in vliegt. De ventilator slaat hem uiteindelijk tijdelijk knock-out, zodat we alsnog opgelucht kunnen slapen. François waarschuwt ons voor de route die we willen nemen richting Chang Mai. “Weten jullie wel zeker dat jullie “Khuntan” kunnen op fietsen?”, “Uuuh Khuntan?, we denken het…”, antwoorden we. Tot zover onze route voorbereiding…

Een zwembad vol zweet

Na een paar dagen nemen we afscheid van Mieke en Francois en beginnen we met nieuwe energie aan een zware etappe. De route is prachtig, er is veel groen en schaduw en we komen maar een enkele verdwaalde auto tegen. Al gauw hebben we door waar Francois ons voor waarschuwde. De hellingen zijn bijzonder steil, steeds 16 tot 20% omhoog en dan weer omlaag en dat wel 1000 keer voor ons gevoel. We zweten ons te pletter en de laatste kilometer leggen we af in niet minder dan een uur duw- en klaagwerk. Sommige stukken zijn zelfs te steil om te wandelen voor Audrey. Eloy moet dan een letterlijk duwtje in de rug geven. MAAR op de bestemming van vandaag, Doi Khuntan, oftewel de bergtop, is een mooie kampeerplek in het nationale park. Het duurt een paar minuten of er komen al Thaise fietsers, motorrijders en andere bezoekers op ons af om een praatje te maken. Ook krijgen we van andere kampeerders zakken met eten aangereikt en een bamboestok met paars zoete kleefrijst erin. Thaise gastvrijheid gaat zeker door de maag!

Het voordeel van de bergtop is dat het aangenaam koel is in de tent en dat betekent meestal een goede nachtrust. Een ander voordeel is dat we vandaag de berg weer af kunnen fietsen! Verderop op de kaart zien we een ander nationaal park (Mae Ta Khrai) en dus fietsen we daarheen. Het blijkt minder bekend, want telkens als we zeggen dat we daarheen gaan, weet niemand waar we het over hebben… Als we er zijn, lijkt het een beetje verlaten. Er zijn geen andere mensen, er is wel een mooi meertje en een klein bouwvallig hokje met een wc’tje. We fietsen eventjes rond en komen dan een boswachter tegen. Hij gidst ons op z’n scooter naar het nabij gelegen ‘huis’ om te slapen. We rijden voorbij een bordje ‘hotel’ opnieuw een heuvel op. Daar staan enkele ietwat vervallen huisjes en 2 dames beginnen met vegen en lakens te pakken. We mogen voor niets overnachten! We koken onze instant noedels en bakken bananen, want die beginnen week te worden van het geschud in de tassen. De koude douche geeft ons een frisser gevoel en we slapen onder onze klamboe, want de kamer wordt gedeeld met wat insecten en gekko’s. In gedachten afvragend waar we nu weer terecht zijn gekomen. Morgen staat Chang Mai op de planning!

Het leven van een fietser

Op het moment dat we willen vertrekken, merkt Audrey dat ze een lekke achterband heeft. De bepakking gaat opnieuw van de fiets af en plakken maar! Eenmaal in Chiang Mai verblijven we bij Stuart en zijn vriendin. Bij een eerste poging om zijn huis te vinden, staan we voor een dierentuin. Even later komen we in het donker toch op de juiste plek terecht. De komende dagen geven we de fietsen een welverdiende en broodnodige onderhoudsbeurt: nieuwe remblokken, olie van de lekkende naaf verwijderen, een schrobbeurt en een nieuwe achteruitkijkspiegel voor Audrey. Ook weten we hier een kilo pindakaas op de kop te tikken, daar komen we wel even mee vooruit zeker?!

Chiang Mai

Chiang Mai staat bekend om haar vele tempels. Er zijn er maar liefst 300 (!), meer dan in elke andere stad in Thailand. Het lukt ons om er 5 te bezoeken, allemaal indrukwekkend, kleurrijk en met veel goud versierd. Hier volgen een paar indrukken van de stad:

Hands pitch a tent, but only hearts can make it a home

Na een aantal dagen verlaten we de stad en fietsen we in de richting van Chiang Dao. Onze navigatie leidt ons soms naar wegen die eigenlijk geen wegen genoemd mogen worden. Het blijft dus altijd een verassing en Eloy begint zich af te vragen of Audrey (de navigator) hier ook bewust een aandeel in heeft!! Vandaag brengen deze fratsen ons naar een steil modderpad door een stuk jungle als de schemering valt. Het alternatief is de snelweg, dus we besluiten het pad te volgen. De jungle komt met allerlei geluiden tot leven, maar na 15 km komen we bij een paar huisjes en guesthouses. We vragen of we kunnen slapen bij één van de guesthouses maar het zit vol, we kunnen wel in de tuin kamperen. De eigenaar is zo enthousiast, dat hij direct een zaklamp brengt en helpt met het opzetten van de tent. Als Audrey de slaapmat in de tent wil leggen zegt hij: ‘Wait, you sleep on this? Wait, wait!‘. Een paar tellen later komt hij terug met een grote glimlach op zijn gezicht, een slaapmat en veel dekens. ‘Now you sleep on a Thai style bed, not to be cold at night’. Een welkom en gezellig onderkomen voor de nacht.

Eloy doet ondertussen een poging om wat instant noodels bij een kruidenier om de hoek te halen, aangezien er verder niks te eten in de buurt is. De kruidenier is dicht, maar de waakhond heeft in Eloy een indringer gespot. Onder het luide geblaf komen zijn 8 andere schuimbekkende hondenvriendjes erbij staan, zodat Eloy met de nekharen overeind wordt weggejaagd. Ondertussen zegt de eigenaar van het guesthouse: ‘You can also use my shower and toilet and I will prepare you some food with rice’. Held!

Tot aan Myanmar

De volgende ochtend fietsen we langs enkele warmwaterbronnen bij een rivier. Na een heet en naar zwavel stinkend dompelbadje koelen we af in de koude rivier en daarna stappen we weer op de fiets. Vandaag moeten we een flink stuk stijgen en we plannen te stoppen in de bergen. Er is een soort resort met veel potentie, maar de huisjes zijn in vervallen staat en de stroom is uitgevallen. Het lijkt alsof er in het verleden een brand is uitgebroken. We krijgen één van de huisjes, maar het ziet er allemaal een beetje griezelig en donker uit, dus we besluiten in de enorme tuin te kamperen. De familie die het resort beheert, kookt in het restaurant de 2 gerechten die ze beschikbaar hebben. We merken dan ook dat we de enige gasten op het hele park zijn en waarschijnlijk ook sinds een tijdje, maar ze doen ontzettend hun best. Het onderhouden van zo’n gigantische plek lijkt ons een moeilijke taak, en waarschijnlijk heeft Covid ook hier zijn sporen nagelaten.

De volgende dag fietsen we verder noordwaarts, bezoeken we een dadelboerderij en komen we uiteindelijk aan in Thaton. Dit betekent voor ons het noordelijkste puntje van Thailand, want aan de andere kant van de bergen ligt Myanmar (Birma). De landgrens met Myanmar is al geruime tijd gesloten, dus daar gaan we niet fietsen. Omdat onze benen nog energie over hebben bezoeken we bij zonsondergang de kleurrijke Wat Thaton Chedi. Dit is een tempelcomplex op een heuvel met 9 verschillende stations.

Langs de rivier de Kok

Vanuit Thaton kun je een boot nemen naar Chiang Rai, de laatste grote stad voor de grens met Laos. We besluiten echter te fietsen. Onderweg komen we langs een bijzonder roze gekleurde tempel, maar ook een beetje luguber met bewegende skeletten. We hebben er absoluut geen spijt van dat we besloten te fietsen langs de rivier. Het is een prachtig heuvelachtig gebied. De weg verandert ondertussen van asfalt naar onverhard en plots staan we voor een zijtak van de rivier, zonder brug. Dat wordt zwemmen met de fietsen 😉

Eloy is een heer en draagt Audrey en de fietsen naar de overkant. Een geslaagde doorsteek wordt vervolgd door een gammele brug verderop. Ondertussen rijden er verschillende pick-ups langs met achterin tientallen kinderen. De school is uit! Luid geroep, gelach en allerlei pogingen om Engels te spreken worden aangegrepen.

Verderop is er een nationaal park met warmwaterbronnen en een kampeerplek: Lam Nam Kok. De warmwaterbronnen zijn te heet om in te zwemmen, maar eieren koken kan wel. Dat is blijkbaar een dingetje in Thailand. Overal waar warmwaterbronnen zijn kun je eieren kopen. Langs de rivier zetten we onze tent op en er zijn nog enkele andere Thaise kampeerders. Ze brengen ons een kop koffie en wat worstjes met brood. Als het pikdonker is komen enkele boswachters een kijkje nemen. Ze willen blijkbaar met ons op de foto…

Olifantenkamp en op de koffie bij gedetineerden

Na een goede nachtrust fietsen we vandaag naar Chiang Rai. Plots zien we olifanten op de weg lopen, eentje loopt mank, maar draagt wel toeristen op een stoeltje. Het blijkt een olifantenkamp te zijn, waar zowel binnenlandse als buitenlandse toeristen op de olifanten kunnen rijden. Het kamp is super klein en de olifanten staan vastgebonden aan aan een ketting. Ze kunnen zich amper omdraaien en de slagtanden zijn afgebroken. Vroeger werden de olifanten gebruikt om in de bossen en op het land te werken. Hierdoor kunnen ze moeilijk terug in het wild leven en het kost ontzettend veel geld om een dier goed te voeden. Helaas zijn dit dan vaak de consequenties. Olifanten zijn niet gemaakt om op te rijden. Als je ooit een olifantenkamp wil bezoeken, doe dan grondig onderzoek naar de omstandigheden van het park en ga er vooral niet op rijden, maar koop liever voedsel voor de dieren. Ook het spelen met olifanten in water is iets wat olifanten nooit zouden doen. Om zo dicht in contact te komen met mensen worden de dieren van jongs af aan vaak mishandeld.

Verderop worden we dan weer verbaasd door het ‘Inspire project’ dat hier gerund wordt. Gedetineerden die bijna vrijkomen en bezig zijn met hun re-integratie, worden hier opgeleid om te werken als barista of tuinman. Er wordt o.a. rijst en groenten verbouwd, is een rubberboomplantage en een plantencentrum voor de verkoop. Het verhoogt hun kansen om beter in de samenleving te re-integreren. De 6 mannen in de koffiezaak zijn uiterst hartelijk en doen erg hun best. Ze zijn ook erg geïnteresseerd in de fietsreis.

Chiang Rai

In Chiang Rai zullen we de kerstdagen doorbrengen en enkele bekende tempels zullen bezoeken. Het is de laatste grote stad voordat we onze weg naar Laos verder zetten en we zijn zeker niet de enige buitenlanders hier. Bij een klein eettentje gaan we ontbijten. Daar spreekt een gepensioneerde man ons aan in het Engels, maar zijn Nederlands accent is uit duizenden te herkennen. Van het één komt het ander en hij blijkt uit Sittard te komen. We kletsen in het Limburgs verder over het goede Thaise leven dat hij hier leidt. Daarna gaan we op weg naar Wat Rong Khun, onder buitenlanders beter bekend als de ‘Witte Tempel’.

De duizenden spiegeltjes op de kraakheldere witte muren weerspiegelen de puurheid en wijsheid van Boeddha. Reflectie is een belangrijk thema van de tempel en de brug naar de witte Tempel toont het pad naar de hemel. Daar kom je volgens het boeddhisme door af te zien van verleiding, verlangens en hebzucht (afgebeeld door de handen, zie foto). Men verwacht dat het tempelcomplex pas rond 2070 volledig afgebouwd zal zijn, niet vreemd gezien zelfs de kleinste hoekjes heel gedetailleerd zijn. Door de bizarre architectuur (met hier en daar ook vreemde hoofden en lugubere figuren) is het gebouw moeilijk te vergelijken met iets wat we ooit al hebben gezien. Zonder zonnebril kan Audrey amper haar ogen openhouden door de reflectie van het gebouw. Oordeel zelf:

Nog meer fietsers en de Blauwe Tempel

De volgende dag gaan we iets eten en zien we plots een koppel met fietstassen het zaakje binnen wandelen. We horen dat ze Nederlands spreken en een fietsroute aan het bekijken zijn. Het blijken Jacqueline en Hans te zijn. We raken aan de praat en blijkbaar hadden ze via via al van ons gehoord in Thaton. We besluiten om samen in de avond nog een hapje te gaan eten op de Night Bazaar, waar misschien wel 100 eetstandjes zijn om uit te kiezen.

De volgende dag bezoeken we het broertje van de Witte Tempel: de Blauwe Tempel! Oftewel Wat Rong Sue Ten. De architect van deze tempel is een leerling van de ontwerper van de Witte Tempel.

Flower festival in Chiang Rai

We zijn in Chiang Rai als het bloemenfestival daar begint. We besluiten een kijkje te gaan nemen en we zijn verbaasd over de grote kunstwerken die er zijn. We zien zelfs tulpen en windmolens en wanen ons even in de Keukenhof. De hoeveelheid selfiesticks in het park is bijzonder en de ijskoffie en andere zoete drankjes bij het offerhuisje al net zo…

Kerst in Thailand

De schoonmaakster van het hostel tipt ons over een nachtmarkt op kerstavond. We lopen de stad in en verderop zien we een gigantische versierde kerstboom. Het blijkt een protestante kerk te zijn en vanuit de kerk komt er bekende kerstmuziek. Voordat we het doorhebben krijgen we een kaars en boekje in onze handen en worden we de kerk ingeleid. De mis is compleet met kinderen verkleed als engeltjes en kerstmannen, discolampen en rookmachines. Van de Thaise pastoor verstaan we alleen ‘amen’ en de melodieën van de liedjes die door kinderen gezongen worden zijn waarschijnlijk overal ter wereld herkenbaar. Op het einde worden alle kaarsen aangestoken en alsof dat nog niet genoeg is is er naast de kerk een grote markt met gratis eten voor iedereen die maar in de buurt is. Lokale inwoners en ketens hebben allemaal ontzettend lekkere dingen gekookt. Ook enkele armere gezinnen genieten van het eten wat ze hier kunnen krijgen op kerstavond. Een mooi gebaar van deze kerkgemeenschap. Er wordt geschat dat ongeveer 1% van de Thaise mensen Christen is. In het noorden ligt het percentage hoger dan in het zuiden. 95% van de bevolking hangt het Boeddhisme aan, hierdoor wordt kerst niet echt gevierd, maar aan kerstbomen en kerstversiering zeker geen gebrek. Velen vinden de sfeer gewoon gezellig en onderweg op de fiets werd er een aantal keer vrolijk “Merry Christmas” geroepen!

Laatste dagen in Thailand

Op Tweede Kerstdag fietsen we richting de grens met Laos, maar niet voordat we nog een laatste stop maken bij Tiansak en Nisan. Een Thais koppel dat al vele verre reizen op de fiets heeft gemaakt. Ze zijn allebei in de 60, maar dromen nog over fietsen in o.a. Alaska. Omgeven door ‘jungle’, zoals Tiansak het zelf zegt, moeten we met een bamboestok (om slangen weg te jagen) door zijn tuin met bananen en papaja’s. Aan het einde van zijn tuin kijken we uit op de Mekong en Laos aan de andere kant van de rivier. We zetten onze tent op naast een gigantische reuzebamboestruik. Ook maken we kennis met nog 2 andere fietsreizigers.

Als we vervolgens terug naar het huis van Tiansak lopen staat de tafel buiten gedekt. We gaan gourmetten op zijn Thais, een echt kerstmaal dus op deze Tweede Kerstdag. Er wordt spek gebakken, maar ook inktvis, garnalen, champignons, etc. Naast de grillplaat is een bak waar bouillon in wordt gegoten om eten in te koken. Hier liggen de vleesballetjes, dikke noedels en kool. Hoe heerlijk het ook is, Eloy zijn hoofdpijn is tot een hoogtepunt gekomen en hij voelt zich slecht. Hij gaat liggen en als even later Audrey komt vertellen dat er een toetje is (papaja en cake) voelt hij zich toevallig weer een stuk beter. We kletsen met z’n allen heel wat af.

Tiansak vertelt over zijn fietsreizen en zegt dat hij nog veel wil ondernemen, maar hij wil niet langer dan een paar maanden gaan. Dan mist hij het Thaise eten teveel! Tiansak dringt aan dat we moeten uitslapen en nog een nachtje extra moeten blijven. En zo geschiedt.

Hmong Nieuwjaar

Eloy is opgeknapt na een ietwat onrustige nacht (5x de tent uit om de Dutch papaja’s te bewateren). Tiansak neemt ons mee naar een nabijgelegen dorp waar de Hmong-stam Nieuwjaar viert. Hierbij komen jongens en de meisjes uit de bergen bij elkaar en kleden ze zich in traditionele kledij om elkaar te versieren. Er is een heuse Miss Hmong verkiezing en uitgedoste vrouwen gooien ballen over en weer. Het duurt niet lang voordat we eraan meedoen. Dit is een van de activiteiten die gedaan worden tussen jongens en meisjes om een geschikte partner te vinden. De Hmong zijn een Aziatisch volk, die vooral in de hoger gelegen gebieden wonen in China, Laos, Thailand en Vietnam.

Als we weer terug zijn heeft Tiansak’s vrouw opnieuw een feestmaal voorbereid. We beginnen met rijst en eend, gebakken vis en soep. Vervolgens komt er sushi op tafel te staan en sluiten we af met mango en gevulde poffertjes. Tiansak is weer volop aan het vertellen en we luisteren aandachtig. Hij heeft ook een ketel water op een vuurtje gestookt zodat we ons kunnen wassen met wat warm water.

Laos!

We snoozen maar één keertje als de wekker om 6.00u gaat. We moeten op tijd vertrekken om naar de grens te fietsen (10 km), de grens over te steken, en nog 15 km te fietsen om de boot te halen. Audrey neemt de afkorting, dus we gaan offroad door de velden en langs rubberplantages naar de grens. De ‘Friendship Bridge’ over de Mekong scheidt Thailand van Laos. We zijn Thailand redelijk snel uit, kopen een busticket en wisselen geld. Jawel, een busticket! Het is verboden de brug per fiets over te steken, een beetje dom, maar we hebben geen keuze. De fietsen worden in de touringcar gehesen en als we na 2 minuten aan de overkant zijn, gaan we naar de rij voor de ‘visa on arrival’. Mede dankzij een aantal reisgroepen die voordringen staan we in totaal 2 uur in diverse rijen voordat we weer kunnen fietsen. Met nog maar 3 kwartier op de klok worden de eerste kilometers in Laos in recordtempo afgelegd. Bij aankomst blijkt de boot natuurlijk pas een half uur later te vertrekken. We dalen wat trappen af naar de boot en dan moeten de fietsen op het dak worden getild. Met bagage wegen ze zo’n 50kg, maar met de hulp van een paar mensen liggen ze erop. En nu maar hopen dat ze erop blijven liggen tijdens de 2 dagen (ja echt) durende tocht op de Mekong! Een slowboat noemen ze dat, welkom in Laos!

Een korte samenvatting van de route door Thailand en het kaartje bovenaan:

  • Fietsdagen: 24
  • Rustdagen: 14
  • Kilometers: 1292
  • Kilo’s banaan: ontelbaar

Comments (5)

  • Francois La Poutre 12 april 2023 at 07:34 Reply

    Jeetje, al weer zó lang geleden dat jullie hier waren. Leuk om jullie verhaal te lezen.

  • Kathleen Verhelst 12 april 2023 at 08:31 Reply

    Goh, wat een kleurenpracht op de foto’s… Dank je om al deze rijke verhalen met ons te delen. Een fietservaring die jullie de rest van jullie leven zullen koesteren, daar ben ik zeker van. Take care en safe travels! Buurvrouw Kathleen

  • Nicole BB 12 april 2023 at 09:05 Reply

    Hoi Eloy en Audrey, wat is dat schrikken geweest voor jullie. Eloy een darmobstructie en een verblijf in het ziekenhuis. Ik hoop dat het inmiddels beter met hem gaat en jullie binnenkort weer verder op weg kunnen. Heel veel beterschap Eloy.😘
    Verder ben ik er eens voor gaan zitten om jullie blog eens rustig te lezen. Inmiddels bijna een jaar op pad. Het blijft één groot avontuur met geweldige ontmoetingen en telkens weer die gastvrijheid. Met prachtige foto’s erbij maken jullie deze reis voor ons haast “werkelijk”.

  • Lenie Molkenboer-Barnhoorn 12 april 2023 at 13:35 Reply

    Ten eerste heel veelbeterschap Eloy, dat was echt schrikken zeg.Wat een prachtig verhaal en avontuur . Er komt heel veel bekend voor , want ben ook in Thailand op vakantie geweest en veel excursie gemaakt. Zeer gastvrije bevolking . Ik hoop dat jullie verder een relaxte reis kunnen maken in volle gezondheid. Ik wens jullie een hele veilige en liefdevolle reis toe, en kijk uit naar hetvo,gende reisverslag.
    Heel veel liefs Lenie

  • Mieke 12 april 2023 at 14:14 Reply

    😘

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.